Strange fruit

Omdat het vandaag 24 maart is, Ubu’s verjaardag, een verhaaltje uit de oude doos.

Ergens eind jaren zeventig, we zaten in de vijfde klas, waren mijn ouders en broers in het voorjaar op een korte vakantie, ik geloof naar Engeland. Omdat ik al een jaar of zeventien was, kreeg ik permissie om dit gebeuren aan me voorbij te laten gaan. Ik mocht het fort blijven bewaken. In het weekend aansluitend aan de paar dagen dat mijn familie weg was, was er op zaterdagavond een feest bij een van onze vrienden, geen idee meer waar of bij wie. Die feestjes waren altijd erg leuk en bijna standaard dronk ik een beugelfles Grolsch teveel. Lichtgewicht als ik was, probeerde ik het drinktempo van Ubu bij te benen. Dat was een kansloze strijd. Met Ubu had ik afgesproken dat hij zou blijven logeren. Zwabberend peddelden we op onze fietsjes van Aalten naar Dinxperlo. Vaak een afstand die lang genoeg was om behoorlijk te ontnuchteren, maar nu voelde ik me bij thuiskomst nog steeds beroerd. We gingen snel slapen.

Ubu had een verschrikkelijke nacht, waarin hij geen oog dicht deed. Voortdurend hoorde hij van de andere kant van de kamer rochelende, kokhalzende geluiden. Eindeloos wachtte hij af, tot ik uiteindelijk over mijn nek zou gaan. ‘s Morgens werd ik verkwikt weer wakker. Ik had als een blok geslapen. Waar Ubu de hele nacht naar had liggen luisteren, was ons (oude) waterleidingsysteem. Dat maakte standaard dit soort geluiden. Iedereen was er zo aan gewend, dat je het helemaal niet meer waarnam.

Toen mijn ouders terug waren gekeerd, leek het erop dat we hun vertrouwen niet beschaamd hadden en ons zeer verantwoordelijk hadden gedragen. Eén dingetje was er wel. Mijn opa was gevraagd onze tuin in de gaten te houden. En ons natuurlijk, dat was duidelijk. Op zondag was hij in de (voor ons) vroege ochtend langs geweest. Het huis in totale rust. In de tuin was alles oké, op één ding na. In de Rododendron, een van de pronkstukken van mijn moeder hingen … twee sokken. Ubu had nogal zweetvoeten – maar dat is weer een ander verhaal. ‘s Nachts had hij het raam opengemaakt en ze met een ferme boog naar buiten gegooid.

Posted in home | Comments Off on Strange fruit

Ceci n’est pas une bankje

door Anne-Maartje Lemereis

Al sinds Ubu’s overlijden was ik op zoek naar deze foto want dit is precies hoe ik me Ubu herinner. Altijd als we Ubu zagen gingen we iets leuks doen. In dit geval waren we naar de Apenheul geweest en daarna zegen we neer voor een picknick. Ubu was zo groot en sterk dat ik hem als bankje kon gebruiken en dat vond ik natuurlijk fantastisch. Ik vermoed dat ik het de volgende dag aan al mijn vriendinnetjes op school heb verteld.

Toen ik wat ouder werd ben ik me Ubu vooral als heel stoer gaan herinneren, met zijn leren jack en zijn oorbel en zijn sjekkie. Hij luisterde ook naar  vrij obscure muziek en oh, wat was ik blij verrast toen ik er al tiener achter kwam dat ik niet de enige mens op de wereld was die graag naar Kimya Dawson luisterde!

Nu zit ik in mijn laatste jaar aan het Utrechts Conservatorium en daar ben ik als student-assistent verantwoordelijk voor alle binnenkomende promotiepost. Eens in de zoveel tijd zit daar een flyer van Extrapool tussen; die krijgt uiteraard altijd de beste plek in het folderrek.

Vorige week zocht ik een genante babyfoto van mijn zusje om ter gelegenheid van haar verjaardag op facebook publiek te maken en toen vond ik eindelijk deze foto. Dus die heb ik ingescand (met een scanner die ik overigens van Helma heb gekregen omdat zij er 3(!) in huis bleek te hebben) en ik wil hem graag nog met jullie delen.

Liefs,
Anne-Maartje

Posted in home | Leave a comment

Oerbode

Op zaterdag 4 augustus 1990 reden Ubu en ik het allereerste rondje ooit met een Poolbode in de tas. Na een urenlange tocht door Nijmegen eindigden we op de woonboot aan ‘t Meertje waar Jan Hoenselaar woonde. We werden binnen genodigd voor een kopje koffie. Jan was iemand tegen wie we nogal tegen opkeken in die tijd en zijn oordeel was voor ons heel belangrijk. Ik geloof dat we zelfs een beetje nerveus waren ons blaadje aan hem te laten zien. Maar Jan was zo enthousiast dat we meteen snapten dat we iets moois in handen hadden. Hij las hem zo’n beetje onder onze ogen uit en ongetwijfeld zal de middag zijn geëindigd met bier op tafel. Als je het met de ogen van nu bekijkt en het blaadje eens leest, dan snap je het wel. Ondanks de wrakke opmaak (ik had in die zomer mijn eerste mac gekocht en grafisch vormgeven, daar had ik eigenlijk helemaal geen kaas van gegeten) en de vaak rammelende tekstjes spat het plezier er vanaf. Eigenlijk zit alles erin wat de Poolbode zo leuk maakt.

Vier jaar later kwam Teun erbij, vriend van Ubu en bijna winnaar van de editie 1990. Ook hij was gevallen voor die eerste Poolbode. Met hem erbij kwamen we tot volle wasdom. In de jaren ‘90 ging dat nog heel anders dan tegenwoordig. Geen idee waar we de tijd vandaan haalden om behalve het maken van de bodes ook nog ieders uitslagen in te voeren (tijdens het toernooi door te bellen naar 080-225117) en bij te houden in grote excell-sheets. Nadat de boel gedrukt was (altijd onder grote tijdsdruk) bezorgden de Poolbodes óók nog eens bij zo’n beetje het hele deelnemersveld.

Vanaf 2004 was dat over. Poolbode.nl verscheen. Een website waar je zelf je uitslagen op kon invoeren en een bode die je zelf moest uitprinten. Veel werk bleef het even goed. In de WK- of EK-maand draaide (en draait) het leven om de Poolbode. Nog steeds fietsen we pas als de vogels al fluiten weer naar huis.

Elk toernooi was er dat moeilijke moment: als Nederland uit het toernooi gestoten werd. In 2010 was dat moment er niet. Nederland haalde de finale. Dat liep niet goed af. Maar wat veel erger was, was dat Ubu kort daarna ziek werd. Meteen was duidelijk dat dat ook het einde van de Poolbode zou zijn, op 12 september 2010 verstuurden we dit mailtje:

Subject: Slecht nieuws van de poolbodes

Lieve pooldeelnemers,

Velen van jullie weten het al, velen ook niet.

We hebben slecht nieuws. Ubu is ernstig ziek. Hij wordt niet meer beter en heeft nog maar een korte tijd te leven. Dat doet ons verdriet. Om vele redenen. Ubu is een vriend, een broer, een geliefde, een vader. En in al die gedaanten hoort hij bij de absolute top.

Ubu is ook een poolbode. Is dat belangrijk? Ja natuurlijk. Het doet ons veel pijn om te zeggen dat Poolbode 2010 de laatste was.

Jullie willen we bedanken voor vele jaren trouwe deelname. Met jullie prestaties, wanprestaties, rare namen, saaie namen, woeste voorspellingen, laffe één-nulletjes, pseudoniemen, foto’s en tekeningen, ingezonden stukjes, mailtjes… Al die lange, zware, toernooiweken hielden jullie ons wakker. Het was geweldig.

We zeggen vaarwel. Houd evenwel over twee jaar je mailbox in de gaten. Misschien heeft Hennie nog een plannetje…

Veel liefs van jullie poolbodes,

Alfred, Teun en Ubu

PS: Ubu heeft een site, www.ubulemereis.nl. Ga er gerust eens kijken.

Dat het klaar was, was duidelijk. In 2012 was er ook geen haar op ons hoofd dat er aan dacht een Poolbode te doen. Maar zie, een jaar later begon er toch weer iets te kriebelen. En zoals het verdwijnen van Ubu ervoor zorgde dat ik plots nieuwe vrienden kreeg, kwamen nu ook, alsof het zo moest zijn, maar liefst drie nieuwe bodes Ubu vervangen.

De Poolbode leeft weer. Nog. En ik vind het fijn om te merken dat ik niet de enige ben die blij is, dat we op ons besluit terugkwamen.

Op deze pagina zijn alle bodes terug te vinden, inclusief de overige pagina’s van editie 1990 http://www.poolbode.nl/archief/

Posted in home | Leave a comment

Stop de tijd

Teun schrijft:

Voor heel veel mensen was Ubu een rustpunt. Ubu maakte tijd voor je. Gaf je het gevoel dat hij daar meer dan genoeg van had. Toch had hij een merkwaardige relatie met tijd. Toen ik de foto van het ‘hok van Ubu’ zag, viel mijn oog meteen op de stopwatch, op een prominente plaats op een van de lagere planken. Op de plank erboven ligt er nog eentje.


Een vertrouwd beeld: Ubu die zijn stopwatch uit zijn broekzak opdiept en er even op kijkt – op dezelfde manier als waarop iemand terloops op zijn horloge kijkt. Ubu gebruikte het ding ook als horloge. Maar dat niet alleen. Hij timede de hele dag door en hij timede van alles.

Buitenkans
Ergens halverwege de jaren tachtig kwam de stopwatch – vroeger toch een luxe instrument – beschikbaar als wegwerpproduct. Kostte nog maar vijf gulden! Buitenkans voor Ubu en Alfred, allebei gek op lijstjes en fanatieke tijdmeters bij schaatswedstrijden. Alfred vertelde me dat ze in die tijd ook behendigheidsspelletjes deden met de stopwatch: een zo kort mogelijke tijdsspanne klokken – een aantal keren achter elkaar. En dan noteren. Leverde mooie lijstjes op.

Lijstjes
Ubu hield talloze lijstjes bij. En veel lijstjes bestonden uit tijden. Hij klokte bijvoorbeeld de tijd tussen twee sjekkies  – en noteerde die. Zo ontstonden rooklijstjes en zelfs rookschriftjes. Daar deed hij overigens een beetje duister over. Was iets voor later, kon ooit van pas komen… Zo’n dwangmatige handeling is vaak bedoeld om iets mee te bezweren. Om controle te hebben. Maar over wat? Het bleef voor mij altijd een bijzondere combinatie. De gelijkmatige, rustige Ubu en compulsief stopwatchgedrag.

In het hospice kreeg Ubu regelmatig morfine. Ik kreeg dan de opdracht om de tijd op te nemen en mee te tellen, vanaf het moment dat de dosis werd toegediend. Dat maakte hem rustig. Mij eigenlijk ook wel.

Posted in home | 1 Comment

Ubu boek

Ik ben al even wanneer ik tijd over heb (en dat is best regelmatig tegenwoordig) de inhoud van deze site om aan het zetten naar een écht boek. Dat zoveel mogelijk moet lijken op deze site en chronologisch van opbouw is. Elk woord hier gezegd of geschreven komt er in. Dan gaat daarna het boek misschien maar eens dicht.

De oplage van zo’n geprint boek kan alles zijn; de stuksprijs daalt natuurlijk naarmate de oplage stijgt. Wil je een exemplaar laat het dan vast weten. Prijs zal ergens tussen de 15 en de 30 euro liggen.

Posted in home | 2 Comments

HUP IBI

Een fijn stukje van Reinoud. Over Ubu en Ibi.

Hup Ibi

2010. Sven Kramer wisselde fout, er hing een aswolk boven Europa en Nelson Mandela leefde nog. Het lijkt soms een eeuwigheid geleden. Het jaar dat Nederland de finale haalde van het WK Voetbal.

Toen Wesley Sneijder de kwartfinale tegen Brazilië deed kantelen, toen Giovanni van Bronckhorst van afstand scoorde tegen Uruguay, toen Arjen Robben tegen de grote teen van die Spaanse keeper schoot.

Toen. Toen. Toen.

Toen wist Ubu nog niet eens dat hij ziek was. Op 20 augustus kreeg hij een eerste kwade tijding en amper twee maanden later was hij niet meer onder ons.

Het laatste WK van Ubu was ook het eerste WK van Ibi.
Ibrahim Affelay kreeg speelminuten tegen Denemarken, Japan en Slowakije en als Ubu de opstelling had mogen maken had Ibi vast ook in de finale gespeeld.

Pas na het WK brak Ibi echt door als international. Dat najaar speelde hij mee in alle EK-kwalificatieduels met als hoogtepunt 12 oktober 2010. Nederland won met 4-1 van Zweden en Ibi was verantwoordelijk voor 2 doelpunten en 1 assist. In Hospice Bethlehem keek Ubu er met een schuin oog naar en hij zag dat het goed was. Een week later overleed hij.

Ibi verhuisde naar Barcelona, raakte geblesseerd, maakte zijn entree, mocht mee naar het EK in Polen en Oekraïne maar speelde daar niet en kwam vooral negatief in het nieuws. Hij lag niet goed in de groep en zou zich samen met maatje Robin van Persie erg arrogant opgesteld hebben. Hij verhuisde naar Schalke 04, raakte weer geblesseerd, keerde terug naar Barcelona, kreeg niet eens meer een rugnummer en…… maakte deze week weer speelminuten.

Speelminuten voor Ibi.

Half Nederland twitterde er over en het hele volk leek van hem te houden. Zou Ibi het WK halen en ouder, wijzer en gesterkt door alle tegenslagen als een bescheiden vedette het elftal bij de hand nemen en naar de titel leiden? Ik denk dat Ubu het stiekem leuk zou vinden.

2014.  Het eerste WK zonder Ubu.

Hup Ibi!

Posted in home | 1 Comment

Vinyl verstrooiing

Ubu was een fervent verzamelaar van platen. Ergens op de lagere school zal hij zijn eerste singeltje gekocht hebben. Welk singeltje, dat weet Jaap misschien nog. Iets van Golden Earring stel ik me zo voor, of Earth & Fire. Vanaf het moment dat we vrienden werden, in de vierde van de middelbare school, begonnen onze verzamelingen parallel te lopen. Soms kwamen we zo dicht bij elkaar dat we op hetzelfde moment dezelfde plaat kochten. Soms waaierden we uit naar specifieke deelgebieden. Ubu was fan van uiteenlopende stijlen en stromingen. Deutsche Welle, Nederlandse Punk en Hiphop, om er een paar te noemen. Als het maar eigen, uniek en obscuur was.

Grijpen
Toen eind jaren ’90 de digitale revolutie zich voltrok, de hemelpoorten zich plots openden en alle muziek voor het grijpen was in mp3 vorm, kocht ik amper nog platen. Incidenteel nog, van een bevriende muzikant of bij een concert. Ubu bleef er echter stug mee doorgaan. Traditioneel ook kreeg ik een plaat als verjaardagskado, van de debuut elpee van The Slits op mijn 17e verjaardag tot een plaat van ZzZ toen ik 47 werd. En hij van mij. Toen hij september 2010 zijn kamer in het hospice betrok, werden daar in zijn kielzog grote stapels van de collectie naar binnen gesleept, samen met een pick-up. Plaatjes draaien was een fijne bezigheid tijdens de uurtjes die ik daar doorbracht. Om beurten opzetten en raden maar! Na een paar plaatkanten was het meestal al weer over, omdat Ubu simpelweg te moe was om het langer vol te houden. Op de dag voordat hij stierf kocht ik bij Het Goed nog een plaat van Gruppo Sportivo voor hem. De laatste die we samen beluisterd hebben.

Opgetogen
Omdat mijn vinyl-collectie al jarenlang enkel stof vangt, besloot ik een paar maanden geleden mijn platen via www.discogs.com te inventariseren en ze in gedeeltes te verkopen. Eerst met pijn in het hart. Maar gaandeweg met steeds meer plezier. Immers, de muziek gaat niet verloren – want ik kan alles nog steeds beluisteren in digitale vorm – en de platen gaan de hele wereld over. Ik heb veel leuke mailwisselingen met kopers, die vaak opgetogen zijn over hun aanwinst. En helemaal niet onbelangrijk: het levert een hoop geld op! Een Nederlands punksingeltje, waar in kapitalen voorop staat BETAAL NIET MEER DAN fl 3,50, levert bedragen op van 50 tot 125 euro. Dat zijn natuurlijk de uitschieters. Maar hoe dan ook blijkt vinyl verrassend waardevast.

Waaieren
De platen van Ubu zijn deels weggegeven aan vrienden. Toen ik Helma vertelde over wat ik met mijn vinyl deed, besloot ze dat dit ook een mooi plan was voor Ubu’s platen. En zo waaieren onze collecties uit over de wereld. Een ska-singeltje naar Japan, een Lilliput-LP naar een Parijse bibliotheek, 18 platen in één transactie naar Sao Paolo. Door de wonderen der hedendaagse techniek zijn ze nog op de voet te volgen ook: zie hier. De blauwe sterretjes zijn Ubu’s platen, de rode Alfreds. En wat ooit de collectie van Ubu was is hier te zien.

Tijdens het schrijven van dit stukje draaide ik Hex Enduction Hour van The Fall (misschien wel de band waar we het allermeest van hielden) op deze wijze!

hieronder: in een pasfoto-hokje met een net aangeschafte Half Japanese plaat, 1983

Posted in home | 2 Comments

Rudolf Steiner is a nutty

Op 1 november 2010 schreef ik een stukje over Ubu op de Vrije Hogeschool en zijn muzikale activiteiten. Gelegenheids punkbandje God was daar al te horen. De tegenhanger, vrolijk ska-vehikel Ubu King & The Zipperz nu ook. Zes nummers trekken in een kwartier tijd snel voorbij. De introductie is van een onbekende, wellicht de in voorgaand stukje genoemde Max. Ubu was de zanger en naar alle waarschijnlijkheid ook verantwoordelijk voor de teksten. In het laatste nummer werd op antroposofische bodem (de aula van de Vrije Hogeschool) Rudolf Steiner, naast o.a. Thatcher en Breznjev, voor ‘nutty’ uitgemaakt. Those were the days! Beluister ze hier: https://soundcloud.com/alfred-boland/sets/vh

Posted in home | Leave a comment

Een gnoe en folianten

Ubu ging rond 1987 weer studeren. Na een jaar Vrije Hogeschool (’80-’81) en een paar maandjes De Kopse Hof (’81) ging hij doen wat (zeker achteraf) een logische keus was: Nederlands en na de propedeuse Algemene Literatuurwetenschappen. Over die studietijd weet ik niet erg veel, het was een parallelle wereld waar Ubu in onderdook. Af en toe doken er personages uit op die wel eens bij hem thuis kwamen: Teun, Martin en vooral, toen ze wat met elkaar kregen: Irmgard. Wat Ubu precies deed, daar op de universiteit, was vaag voor mij.

Scriptie
Tot het moment dat zijn afstuderen steeds dichterbij kwam en Ubu als onderwerp voor zijn scriptie Adolf Wölfli koos. Teun schreef eerder al over de eerste lezing over Wölfli in Perdu. Uit het themanummer van Raster over ‘gestoorde teksten’ (zie hier) hadden we allebei Wölfli opgepikt als de meest bijzondere van de daarin opgesomde personages. Wölfli was vooral bekend om zijn tekeningen en niet zozeer om zijn teksten. Maar juist daar stortte Ubu zich vol overgave op.
Hij correspondeerde met de Bernse conservator Elka Spoerri, die als een moederkloek het werk van Wölfli beheerde. In het KunstMuseum Bern, dat het gros van Wölfli’s werk in bezit heeft, is veel te zien, maar nog veel meer niet. Zijn oeuvre is zo groot dat het meeste in kelders ligt. Ook omdat het (letterlijk) het daglicht niet kan verdragen.

Bern
Ergens in 1991 ontstond het plan om naar Bern te gaan. Annemai reed in de Opel Kadet van mijn moeder, Ubu en ik waren de bijrijders. Zo kwamen we voor het eerst op camping Eichholz. Een plek die Ubu later, samen met Helma, nog vaak zou bezoeken.
De eerste ochtend na onze aankomst was het lekker weer en gingen we een eind wandelen. We volgden de Aare, het snel stromende riviertje dat voor de camping langs liep, stroomopwaarts (1). Na een uurtje zagen we plots midden in het riviertje een zwemmer, op zijn rug liggend en schijnbaar zonder enige inspanning, met een behoorlijke vaart richting camping drijven (2). Dat zag er zo heerlijk uit, dat ik het meteen ook wilde doen. Annemai en Ubu hoefden niet zo nodig en de afspraak was snel gemaakt. Ik zou drijvend teruggaan, en zij zouden mijn schoenen, sokken en t-shirt mee terug nemen.

Dählhölzli
Ik plonsde het water in en het was helemaal zo heerlijk als ik me voorgesteld had. We hadden ongeveer een uur gelopen, maar al na een minuut of tien doemde in de verte de camping op. Ik bewoog in de richting van de linkeroever en wilde gaan staan (3). Om meteen weer onderuit te gaan in het snelstromende water, dat mijn benen onder me uit sloeg. Na een paar flinke smakken te hebben gemaakt – en met inmiddels bebloede scheenbenen – wist ik niets anders te doen dan maar weer het water in te gaan. Ik was inmiddels uitgeput en in paniek. Ik geloof niet dat ik ooit dichter bij de dood was dan toen. Net op het moment dat het uitzichtloos begon te worden en ik al half kopje onder aan het gaan was, zag ik een handgreep aan de rechteroever waar ik langs scheerde. Met een laatste krachtsinspanning greep ik die en ik was gered.
Maar nog niet helemaal. Ik zat dus aan de verkeerde oever en bevond me in Tierpark Dählhölzli (4). Om helemaal precies te zijn in de verblijfplaats van een gnoe. Die gelukkig een heel eind verderop stond te grazen. Toen Ubu en Annemai na drie kwartier aan kwamen wandelen, begrepen ze niet wat ik daar deed. Met handgebaren kon ik duidelijk maken dat ze moesten gaan zoeken naar een manier om de rivier over te steken. Uiteindelijk bleek op vrij korte afstand een bruggetje te zijn en kon ik hinkend terug naar de camping.

Spoerri’s domein
Tijdens de rest van de vakantie maakten we nog een paar keer zo’n zwemtochtje – nadat we gezien hadden hoe je wél het water uit kon komen. Gewoon iets verder laten glijden tot voorbij de camping en daar in rustig water ‘bij de eendjes eruit’ (5). Dat bleef nog lang een gevleugelde uitdrukking.

Elka Spoerri ontving ons een dag later in haar domein. En haalde voor ons uit de kelder een aantal grote ‘folianten’ van Wölfli. Grote vellen die helemaal tot de rand vol getekend en geschreven stonden. Ze vertelde er op een vrij droge manier over; zeker vergeleken met de manier waarop Ubu dat later zelf tijdens zijn lezingen deed. Merkwaardige dame, die Elka Spoerri. Ubu kon het wel aardig met haar vinden geloof ik. Maar veel beter met Daniel Baumann, die later Spoerri opvolgde.
Ubu werkte een jaar lang als een bezetene aan zijn scriptie, die onder algemene lof eind 1992 gepresenteerd werd. Iedereen was zo trots als een pauw.

Posted in home | Leave a comment

Vervagen

De frequentie waarin Ubu in mijn hoofd opduikt is flink gedaald. Dat is de weg van de natuur, blijkbaar. Jammer dat ook daarmee de motivatie om hier periodiek te schrijven behoorlijk weg is geëbd. Behalve de ‘therapeutische’ waarde die het voor mij had (en wellicht voor lezers ook) en de persoonlijke geschiedenis die ermee vastgelegd wordt, vind ik het jammer dat ik nu ook geen concrete aanleiding heb om te schrijven. Want dat schrijven, dat is iets dat je moet onderhouden en dat je kunt aanscherpen door het veel te doen. Zo hield Ubu zelf mij voor, toen we deze site opzetten, begin september 2010.

Het staat hier nog steeds vrij om zelf iets te schrijven, kom maar op daarmee. Ook zitten er nog wel wat stukjes in het vat. Die komen er vanzelf wel een keer uit. Ook van Teun’s hand trouwens. Ik heb al heel lang ‘Elka Spoerri en de Aare’ als titeltje klaar staan. Maar dat verhaal wil er nog maar niet uitrollen.

Posted in home | 3 Comments